Het voorjaar van 2020. Corona gooit het leven dat we gewend waren te leven overhoop. De stilte buiten roept sterke herinneringen op aan mijn jeugd zo’n 50 jaar geleden. Als kind bracht ik uren in de tuin door starend naar lieveheersbeestjes, pissebedden, pieren en zweefvliegen. Er was alleen het geluid van een hommel dat af en toe gesmoord werd in een bloemkelk en in de verte klonk een zingende merel. Ik liep met mijn ogen dicht tussen de frisgewassen lakens die mijn moeder in de tuin gehangen had. Er was stilte en rust. De lucht was blauw en mijn geest helder. Wat een genoegen dat ik alles nu ook weer zo ervaar.