Ik ben de man van hout en water,
geen denker, geen prater. Maar gewoon,
van het bos en de zee.
Dat is ook genoeg want de zee
is water, het bos lucht en aarde
en, later, ook vuur.
Ik hou van het bos, de zee is een vriend.
De zee is wat was en wat nog zal zijn.
Het bos is dichtbij en altijd nu.
De zee is misschien en je kunt er nooit komen.
De bomen begrijp ik, de zee dat zijn dromen.
Ik ben van hout en zout,
van vissen en kevers en slakken,
van takken, golven, vogelzang.
Ik ben van het bos en de zee.

Fred Geven

eik, niet ver van het Sterrebos